Zo schrijf jij een leesbaar persbericht – Simpel scoren

De komende weken geven we jou, de PR-professional, praktische tips en adviezen om nóg betere persberichten te schrijven. Vandaag deel 1 in een reeks van 3. Hoe zorg jij dat je persbericht makkelijk en vlot te lezen is? In de volgende delen vertellen we waarom je jouw persbericht moet opbouwen als een omgekeerde pyramide, en geven we je de 7 bouwstenen voor een goed persbericht.

Rudolf Flesch was een Oostenrijks-Amerikaans taalkundige, die als hij vandaag de dag nog leefde waarschijnlijk een broertje dood zou hebben aan al onze (online) vergaderingen. Zijn beroemdste uitspraak is: “zeg wat je te zeggen hebt, en stop dan”. Niet alleen schudde hij dit soort wijze spreuken uit zijn mouw, hij heeft op basis hiervan ook een concreet instrument gecreëerd: de Flesch Leesbaarheids Score. Nu valt er op die score wel het een en ander af te dingen (zo is taal geen wiskunde, en eenvoud is niet zaligmakend) maar dat zijn suggesties nuttig zijn, staat buiten kijf. De leesbaarheidsscore is gebaseerd op Flesch zijn grondbeginselen voor een vlot leesbare en makkelijk te begrijpen tekst. In dit artikel delen we zijn 7 aanbevelingen met je, die je kunt gebruiken voordat je je persbericht verstuurt.

1. Schrijf korte, duidelijke zinnen

Jouw persbericht is niet de plek voor literaire ambities. Natuurlijk willen we allemaal nog eens die roman die in ons hoofd zit publiceren, maar een persbericht is niet de plek om je in de letterkundige kijker te spelen. Schrijf to the point en helder, je lezers zullen je dankbaar zijn voor de duidelijkheid.  

2. Gebruik persoonlijk voornaamwoorden

Wanneer je ik, wij of zij gebruikt, maak je inzichtelijk wie een handeling uitvoert of een uitspraak doet. Lezers hoeven hierdoor niet na te denken over wie bij welk werkwoord hoort. Dat leest wel zo makkelijk.

3. Wanneer je terugverwijst naar een zelfstandig naamwoord, herhaal deze dan

In het hoofd van een schrijver klinkt het vaak logisch om terug te verwijzen naar wat in een vorige zin is gezegd, maar lezers hebben een beperkt kortetermijngeheugen. Het is dan ook beter om zelfstandig naamwoorden te herhalen wanneer je naar ze terugverwijst. Hiermee compenseer je dat. Welke dat? Dat kortetermijngeheugen natuurlijk! :)

4. Schrijf niet op wat je niet uit zou spreken

Spreektaal wordt gezien als de tegenpool van schrijftaal, maar dat is niet altijd terecht. Wanneer je leesbaar wilt schrijven, loont het om je zinnen te schrijven alsof je ze uitspreekt. Want zeg nou zelf (hardop), iets “voor je zien” is veel duidelijker dan “visualiseren”. 

5. Behandel slechts 1 onderwerp per paragraaf

Een goede paragraaf begint met een kernzin die het onderwerp aankondigt, en in de daaropvolgende zinnen geef je nadere toelichting. Houd als vuistregel een zin of 5 per alinea aan. Is je kernzin voldoende geïllustreerd en begin je aan een nieuw onderwerp? Dan is het ook tijd voor een nieuwe paragraaf!

6. Beperk bijvoeglijk naamwoorden en lettergrepen

Less is more wanneer het om leesbaarheid gaat. Al die superlatieven en pretentieuze woorden lijken misschien indrukwekkend, maar maken je persbericht er niet begrijpelijker op. Gebruik de volgende keer dus gewoon ‘hond’ in plaats van vriendelijke viervoeter. 

7. Gebruik taal die jouw lezer begrijpt

Verplaats je in je doelgroep wanneer je een persbericht schrijft. Vermijd wollig taalgebruik of technisch jargon. De lezer begrijpt je een stuk beter wanneer je beleidsintensiveringen gewoon extra geld uitgeven noemt!

Photo credits: Jess Bailey on Unsplash

Vorige
Vorige

Het PR-Vakjournaal van 3 juni 2021

Volgende
Volgende

PR en kunstmatige intelligentie: nu al een vruchtbare samenwerking (deel I)